Therapieën

Een kinderfysiotherapeut is specialist in het houdings- en bewegingsapparaat van kinderen in de leeftijd van 0-18 jaar.

Spelenderwijs ontwikkelen kinderen hun zintuigen en motoriek. Meestal gaat dit goed en bijna ongemerkt. Bij sommige kinderen duurt dit echter langer of wijkt dit af van het gebruikelijke. Dit kan kinderen belemmeren in hun ontwikkeling. Deze kinderen hebben meer oefening nodig om een bepaalde vaardigheid onder de knie te krijgen. Of ze moeten leren met minder mogelijkheden zo optimaal mogelijk te bewegen. Al deze kinderen kunnen baat hebben bij behandeling door de kinderfysiotherapeut. Vaak geldt, hoe eerder het kind behandeld wordt, hoe geringer de verstoring van de ontwikkeling van het kind is.

 

Kinderfysiotherapie bij baby’s

Signalen die bij zuigelingen kunnen wijzen op motorische problemen zijn …


lees meer

Kinderfysiotherapie bij het jonge kind

Signalen die bij peuters kunnen wijzen op motorische problemen zijn …


lees meer


lees meer

Kinderfysiotherapie bij het schoolgaande kind

Signalen die bij
kinderen kunnen wijzen op motorische problemen zijn …


lees meer

KINDERFYSIOTHERAPIE BIJ HET SCHOOLGAANDE KIND

Bij schoolgaande kinderen kunnen motorische problemen ook op sociaal gebied invloed hebben, omdat deze kinderen niet goed mee kunnen komen met leeftijdsgenootjes.
Signalen die bij schoolgaande kinderen kunnen wijzen op motorische problemen zijn:
– Een motorische ontwikkelingsachterstand;
– Motorische onhandigheid / houterig bewegen;
– DCD (Developmental Coördination Disorder);
– Evenwicht problemen / veel vallen;
– Moeite met buitenspelen / gym / sport;
– Houdingsproblemen (slappe houding / slecht lichaamsgevoel);
– Moeite met aan-/uitkleden;
– Moeite met knopen/ritsen/veters;
– Bewegingsangst;
– Schrijfproblemen;
– Sensorische informatie verwerking problemen (concentratie);
– Ademhalingsproblematiek;
– Overgewicht;
– Mentale retardatie;
– Cerebrale parese.

KINDERFYSIOTHERAPIE BIJ HET JONGE KIND

Signalen die kunnen wijzen op motorische problemen bij kinderen in de peuterleeftijd zijn:
– Een motorische ontwikkelingsachterstand;
– Niet kunnen lopen of een afwijkend looppatroon;
– Een lage of hoge spierspanning;
– Orthopedische afwijkingen;
– Aangeboren afwijkingen die de motoriek beïnvloeden;
– Ademhalingsproblematiek;
– Mentale retardatie;
– Cerebrale parese.

KINDERFYSIOTHERAPIE BIJ BABY’S

Signalen die bij zuigelingen kunnen wijzen op motorische problemen zijn:
– Asymmetrie / voorkeurshouding;
– Een motorische ontwikkelingsachterstand;
– Overstrekken;
– Billenschuiven;
– Prematuriteit (vroeggeboorte);
– Een lage of juist hoge spierspanning;
– Passiviteit / moeite met houdingsveranderingen;
– Onrust / huilbaby;
– Cerebrale parese, spina bifida;
– Plexus brachialis laesie (t.g.v. de bevalling).